SNGL HDMRK
 
CNTNT

De Cabauwse Molen 250 jaar!

Op 1 mei 2023 bestaat de huidige Middelste Molen van Cabauw 250 jaar.

De Middelste Molen is de enige poldermolen die is overgebleven van de 3 molens,  die hier ooit gezamenlijk  de  polder Lopik, Lopikerkapel & Zevenhoven bemaalden. De historie gaat terug naar 1454 toen de eerste molen op deze plek werd gebouwd. Omdat deze niet in zijn eentje de hele polder droog kon houden, werden er al snel 2 molens bij gebouwd (wanneer precies is niet bekend, maar zeker is dat ze er in 1534 alle drie stonden). De bestaande molen stond in het midden en werd daarom de “Middelste Molen”. Eén van de nieuwe molens stond iets verder naar het Oosten langs de Eerste Veldwetering (waar later het gemaal werd gebouwd) en werd sindsdien de Voorste of Eerste Molen genoemd, terwijl de “Achterste Molen”, meer naar het noorden richting Polsbroek stond, bij de Tweede Veldwetering en Achterkade.

In 1598 werd de Middelste Molen vervangen door een nieuwe wipmolen, na bijna 150 jaar was hij nodig aan vervanging toe. In de nacht van 28 op 29 oktober 1772 sloeg echter het noodlot toe voor deze molen.

Generaale land-kaarte van den Loopicker Waard / gemeten en gekarteerd in september en october 1771 door de Zeeuwse landmeter D. W. C. Hattinga . 8 januari 1772

 

Het verhaal van de brand in Cabauw, 1772

Tevreden zit Jan Bartholomeus Goedhart aan zijn tafel in de molen. Het was zo’n maaldag die iedere molenaar kent: ’s morgens komt de molen maar moeizaam op gang, om daarna lekker rond te gaan en het water er met scheppen uit te gooien. En dan zakt de wind in. Vandaag is dat ook zo gegaan, pas om een uur of elf komt er wat vaart in en aan het eind van de middag moet hij de wieken zelfs met de hand aanduwen om het laatste eind voor te krijgen om af te kunnen zeilen.

Nu zit hij aan zijn tafel met een boek onder de olielamp. Hij is er best trots op dat hij als poldermolenaar heeft leren lezen, dat kunnen lang niet alle molenaars in de omgeving hem nazeggen. Aan het eind van de dag heb je daar ook meestal niet de energie meer voor, want het is hard werken in de polder. Het malen zelf kost dan wel geen moeite, maar al die rotzooi die op het krooshek afkomt, moet wel allemaal op de kant gewerkt worden. En dát is zwaar en gaat de hele dag door.

Het is inmiddels al rond negenen en hij gaat de bedstee maar eens opzoeken. Morgen hoeft hij waarschijnlijk niet te malen, de polder staat op peil en regen is niet te verwachten, dat heeft hij al aan de lucht gezien. Maar hij moet wel naar de poldermeester toe om banwerk (schoonmaken van sloten) te verrichten. Dat is meestal zwaar werk en dan kan je dus maar beter goed uitgerust zijn.

Al snel valt hij in slaap en het is rond middernacht als hij even uit bed moet om buiten zijn blaas te legen. Er is een mooie sterrenhemel en het is koud. Ja, wat kan je eind oktober anders verwachten. Snel weer naar binnen en proberen onder de deken warm te worden.

Het zal rond drie uur zijn als hij wakker wordt door gerommel boven zijn hoofd. Wat kan dat nu weer zijn, de wind zal toch niet zijn opgestoken? Hij kijkt even naar buiten en daar is het kalm, maar de geluiden nemen toe. Komt het lawaai soms van achter de bak? Even kijken en de schrik slaat hem om het hart. Ineens ziet hij brandende stukken hout naar beneden komen en hij realiseert zich, dat de molen zelf in brand staat. Verbijsterd staat hij te kijken naar de vonken die naar beneden komen en hij realiseert zich dat er iets moet gebeuren. Als de wiedeweerga kleedt hij zich aan en sleept wat meubeltjes naar buiten, net als wat kleren en dan staat de molen al zo in brand dat hij niet meer naar binnen kan.

In de kortste keren staat de hele molen in brand en is er geen redden meer aan. Lijdzaam moet hij toekijken hoe zijn mooie molen in vlammen opgaat. Verdrietig zit hij bij zijn geredde spulletjes als buren aangerend komen, maar ook zij kunnen niets meer uitrichten of nog iets redden.

Dan komt de poldermeester aangesneld en hij geeft aan dat Jan in de morgen bij het polderbestuur moet komen om uit te leggen wat er gebeurd is. Met lood in de schoenen gaat hij de volgende dag naar de voorzitter toe, waar ook de andere bestuursleden al zijn aangekomen. Geïntimideerd staat hij voor de hoge heren, met zijn pet in de hand te wachten op wat er komen gaat. De voorzitter vraagt hem wat er gebeurd is en hij vertelt zijn verhaal, terwijl de secretaris aantekeningen maakt. Het is duidelijk wat hij heeft meegemaakt en dan vraagt een van de ingelanden wat er gebeurd is met de timmerkist van de polder. Die stond immers in zíj́n molen. Bedremmeld kijkt hij de heren aan en stamelt dat die is blijven staan in de molen en dus ook verbrand is.

Terwijl de molenaar in de gang is, beraadt het bestuur zich over te nemen stappen en als Jan weer binnenkomt, krijgt hij te horen dat de molen zo snel mogelijk zal worden herbouwd en dat er naar een nieuwe molenaar zal worden gezocht, maar dat hij wel weer naar deze functie mag solliciteren. Het zal duidelijk zijn dat Jan een functie elders moest gaan zoeken.

Al twee maanden later is er een bestek voor de herbouw en kan er ingeschreven worden. Niet minder dan 22 inschrijvers doen een gooi naar het werk. De hoogste inschrijving is 9225 gulden en de laagste 7149 gulden en die staat op naam van Anthonie van Lith, een timmerman en molenmaker uit Elshout aan de Kinderdijk. Dat hij ervaring in de molenbouw heeft, blijkt alleen al uit het feit dat hij in 1740 molen nummer 1 van de Overwaard in Kinderdijk heeft gebouwd. Op 29 december 1772 krijgt hij in het rechthuis in Lopik te horen dat hem het werk gegund wordt. Hij moet snel aan de slag omdat de bouw op 1 april zover klaar moet zijn dat de molen kan malen. Mocht hij het voor elkaar krijgen dat de molen al op 15 maart maalvaardig is dan krijgt hij een beloning van 400 gulden. Daar staat tegenover dat bij vertraging tot na 15 april er een gestaffelde boete op staat van 5 gulden per dag die kan oplopen tot zelfs 25 gulden per dag. Het werk komt keurig op tijd klaar zodat er van boete geen sprake is, hoewel er ook geen bonus wordt uitgekeerd.

Op 1 mei 1773 vindt de feestelijke opening plaats en dat is dus nu precies 250 jaar geleden! Reden voor feest!

Kopfoto: Middelste Molen van Cabauw in 1932 met op de achtergrond de Voorste Molen.

FTR